Deze zomer reisden we 11 dagen door Normandië en Bretagne. We verbleven 7 dagen in het uiterste westen. Dat was op het schiereiland presque île de Crozon. We genoten van bloemenpracht, stranden en wandelingen.

Terwijl het in Zuid-Frankrijk heet was, genoten wij van een goede 20 graden aan de Westkust. Altijd een beetje spannend, want het weer is er gemiddeld ook wisselvalliger dan in het zuiden. In deze blog neem ik jullie graag mee. Ik vind het fijn om te schrijven en op die manier voor mezelf de reis nee te leggen en in mijn hoofd een plaatsje te geven. We reisden met een wagen van Cambio, daar we zelf geen eigen gezinswagen hebben. En dit viel best goed mee!

We wilden traag reizen en ook flarden op de route meepikken. Zo hebben we een nachtje in het binnenland van Normandië overnacht en daarvoor het pittoreske Normandische stadje Honfleur bezocht. Een goede 3,5h rijden vanuit Kortrijk.

Er was best wat volk. Het stadje heeft op toeristisch vlak wel wat Brugse allures. Er zijn veel restaurantjes en toeristische winkeltjes. Maar daarnaast toch ook wel de sfeer van Normandië. Mooie kleuren, typische huizen, veel hout. Zowel het stadje en de haven zijn een aanrader, maar zeker ook het strand. We bezochten ook Naturospace: een grote vlinder en vogeltuin. Op zich wel fijn, maar toch wat veel geld voor wat het maar is.

We reden nog een uur het binnenland in. We boekten een airbnb voor 1 nacht. We genoten van de rust en stilte in een klein gezellig Normandisch huisje.

De zaterdag vertrokken we richting Bretagne. We hadden het ambitieuze idee om onderweg misschien nog Saint-Malo of de Mont Saint Michel mee te pikken. Het drukke verkeer op deze zwarte zaterdag maakte dit echter onmogelijk. We pikten wel het fijne stadje Dinan mee, een echte aanrader. Het is een middeleeuws stadje aan de oevers van de Rance. Het doet een beetje denken aan het Belgische Dinant, maar dan toch mooier.

We genoten van de straatjes, de kunstenaars, de omwalling & een lekkere Bretoense croque.

We reden verder richting onze eindbestemming. Dit koste best wat krachten, want het was echt druk. En hoe verder in Bretagne, hoe mindere autosnelwegen. Dus vaak stapvoets verkeer. Gelukkig was dit de enige keer waar we moesten klagen over het verkeer. Om 20h kwamen we dan eindelijk aan in Telgruc Sur Mer. Na het uitladen maakten we direct een wandeling naar het prachtige strandje ‘Keric Bihan’.

Bretagne (en ook Normandië) is best wel een wandel en fietsparadijs. Wij hebben niet gefietst, waar toch best wat gewandeld. In de week die we in Bretagne verbleven hebben we zelfs enkel wandelingen gedaan op ons kleine schiereiland. Gewoon al de GR34 aflopen (langs het strand) is gewoon magnifiek. Wij deden deze drie wandelingen: ‘le sentier du Menez Caon‘, ‘La Tour die Cap de la Chêvre‘ & ‘Le Moulin du Seigneur‘.

Tip: bekijk de informatie op de website van het schiereiland. Hier vind je echt alles.

Aanrader: Ga naar de toeristische dienst. Vraag de gratis wandelkaart. Vraag ook de gratis kaart met alle forten en het oorlogsverleden. Wandelingen terug te vinden met de lengte, zwaarte en mooiste punten, met link naar de app (MaRando)

Augustus is een aanrader om te wandelen want de heide staat in bloei: echt prachtig. De tweede wandeling deden we bij valavond, zo konden we de zonsondergang meepikken op ‘Cap de la Chêvre (magisch!). De laatste wandeling was vooral voor onze kinderen die het oorlogsverleden en het erfgoed hierrond wilden verkennen. En het is niet enkel een oorlogsverleden, maar ook nog een heden. Op het schiereiland Île Longue ligt ook de Franse nucleaire onderzeebasis en nog enkele andere belangrijke actieve militaire zaken. Dit merkten we ook aan de vele patrouilles via helikopter. De eerste keer tof, na de zoveelste helikopter eerder storend.

Gezien we vooral hebben gewandeld, hebben we minder tijd genomen om andere uitstapjes te doen. We bezochten Douarnenez, waar we na lang zoeken, eindelijk konden genieten van een eenvoudige vismaaltijd aan de haven (trouwens zeer aangenaam!). Daarnaast bezochten we ook de Cidrerie de Rozavern. Super fijne plek met lekkere appelsap en cider. Gezien onze geschiedenis in de bio-landbouw konden we het toch niet laten. Tijdens onze tweede wandeling werden we ook verrast door het mooie authentieke dorpje Rostudel.

We genoten enorm van ons bijna privé strandje. Opletten als de vloed kwam opzetten, dus de getijden goed in de gaten houden was wel de boodschap. Maar het was een super plaats om te surfen, zwemmen, zoeken van schelpen en fossielen, of…gewoon lezen. De kinderen konden er zich wel een ganse dag bezig houden. Ik heb daar mijn zomerboek ‘Al het blauw van de hemel’ uitgelezen, en de laatste dag zelfs met een traantje. Wat een prachtig boek. Op de laatste dag gingen we er ook nog eens de zonsondergang gaan bekijken. Toen we op zaterdag vertrokken, zijn we ook nog even gestopt om wat schelpen te verzamelen als aandenken.

Tip: er zijn enkele bewaakte stranden. Die zijn best druk en toeristisch. Wij hebben deze vermeden. Zoek een gezellig inhammetje, die zijn er voldoende. Zwemmen is dan natuurlijk wel op eigen risico. Dus als ouder een oogje in het zeil houden.

Ook in de terugrit besloten we om een tussenstop te maken. We boekten nog een huisje op een camping bij de Mont Saint Michel. Het was die dagen meer dan 30 graden. Het was fijn om in de nabijheid van de zee te zijn. Het was prettig de zeebries te mogen voelen. Ik maakte gebruik van deze tweedaagse tussenstop. Ik ging even een solowandeling maken op de prachtige baai van de Mont Saint Michel. Een uniek landschap van grassen, kruiden, en meanderende riviertjes. De vloed maakt daar soms gebruik van. Het biedt stilte, schapen, en het magische eiland in de achtergrond.

We bezochten het eiland zelf op zondagmorgen. We boekten de tickets voor het klooster online. Zo hoefden we niet te wachten. Het is niet voor niets de meest bezochte trekpleister van Frankrijk. We waren al om 8h op het eiland. We wandelden van de parking naar het eiland. We liepen door de magische hoofdstraat richting ingang klooster. Daar volgden we met een NL foldertje de rondleiding. Een prachtige plaats vol historie en verhalen. Fijn om hier eens rond te lopen, maar buiten het klooster zelf is het toch vooral wat toeristisch uitgebuit. Toen we ’s avonds nog een wandeling maakten in de baai, hadden we uitzicht op de mont. We vonden eigenlijk meer magie. Dit was meer dan op het eiland zelf. Maar toch: een aanrader! Maar neem er je tijd voor. En probeer met kinderen de magie eerst te laten doordringen door een wandeling in de baai. Want de drukte op de berg is in het toeristisch seizoen niet bijster aangenaam.

Na 11 fijne dagen zat onze reis er op. Een beetje kort, maar wel eentje die zal blijven hangen.
Het is de eerste keer dat we die kant opgaan, en het werd gesmaakt. Sommige plekken zijn meer toeristisch dan ik dacht, maar toch voldoende ruimte om niet in de drukte te zitten. We waren blij met het weer, ook al mocht het soms een graadje warmer. Maar waarom klagen, beter 20 graden dan bakken bij 38 in het zuiden. We komen zeker terug, maar misschien dan echt met het doel om de GR af te stappen. Wijzelf zijn reizigers die graag ‘aarden’ op een plek. Vanuit dit oogpunt hadden we misschien wat langer moeten blijven in Bretagne. De kinderen genoten vooral van het strand, maar ook van de wandelingen. Dus het is zeker een gezinsvriendelijke streek. Als besluit: een aanrader!

Hebben jullie fijne ervaringen in de streek? Laat ze zeker achter in een reactie.


Ontdek meer van De Bazuin

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Een gedachte over “11 Dagen in Normandië en Bretagne: Ontdek Onze Reisavonturen

Plaats een reactie